Rookoverlast houtkachels, haarden en vuurkorven

rugRookoverlast houtkachels, haarden en vuurkorven: burenruzie of milieuprobleem? Klachten en wijze van afhandeling door gemeenten en GGD-en in Nederland.

voorkant72

BRON

(2006) Butter, Maureen E.; Keij, Menno E.

Het stoken van vaste brandstoffen, zeker bij ondoelmatig stoken of ongeschikte brandstoffen, kan leiden tot plaatselijke luchtverontreiniging met fijn stof, koolmonoxide en allerlei kankerverwekkende stoffen, die de luchtkwaliteitsnormen aanmerkelijk overschrijden. Landelijk gezien gaat het om vrij aanzienlijke emissies: zo hr_vertbedraagt het aandeel van kachels en haarden in de fijnstof emissies circa 11%. Plaatselijk kan het stoken met hout of kolen tot aanzienlijke overlast en daaraan gerelateerde gezondheidsklachten leiden. Dit rapport doet verslag van een onderzoek onder gemeenten en GGD-en, hoe het bevoegd gezag en adviserende instanties met klachten omgaan. Gemeenten zijn als enigen bevoegd om paal en perk te stellen aan slecht stookgedrag, maar doen er meestal weinig aan, afgezien van het controleren van de schoorsteen in 50% van de gevallen. Zij zien stookoverlast vooral als problemen tussen buren en vinden dat die het onderling moeten oplossen. GGD-en beperken zich tot advies en doorverwijzen. Bewoners, die in de rook gezet worden, blijven vaak jarenlang roet en stof ademen. Hen rest vaak niets anders dan de keus tussen verhuizen of een moeizame juridische procedure. De kachels zijn vaak te groot voor de te verwarmen ruimte, zodat ze gesmoord gestookt worden, met als gevolg onvolledige verbranding en vieze rook. Oude kachels en haarden voldoen vaak niet aan type keuringseisen. Brandstof wordt vaak betrokken via het informele circuit en voldoet niet aan de eisen; het moet goed droog en onbewerkt hout zijn. In de praktijk kunnen mensen vaak jarenlang allerlei sloophout en ander afval verstoken, zonder dat de overheid daartegen optreedt.

PDF KLIK HIER

Plaats een reactie